Readux

  • Readux
  • Collections
  • About
  • Annotate
  • Credits

Sign In

  • Login with Emory credentials
  • Login with Google
  • Login with Github
  • Login with Facebook
  • Login with Twitter
  • Authorize Zotero

Search this volume
Search for content by keywords or exact phrase (use quotes). Wildcards * and ? are supported.

Note: searching uncorrected OCR text content.

Des menschen begin, midden en einde : vertoonende het kinderlyk bedryf en aanwasch in eenenvyftig konstige figuuren, met goddelyke spreuken en stichtelyke verzen

(1758)

p. 20

OP
DE
AFBEELDING
Van
JOANNES
LUIKEN.
Integer
vitce.
13us
was
Jan
Luiken
in
zyn
Leven
van
gelaat.
's
Mans
deugd
en
konft
en
geeft
verbeeld
men
in
geer.
Plaat.
Die
Fenix-Etfer,
vol
geloove
en
mededogen
En
Chriftenlicfde
,
heeft
zyn
zaligheid
gewrogt.
ZulkZielgewaad
verdooft
goud,
purper,
zegebogen
,
En
maakte
hem
Gods
vriend,
gereed
ten
hemeltogt,
Een
ftigtlyk
Digrer,
en
een
Kruisheld,
en
een
Heilig,
En
geeftelyke
Adelaar
in't
licht
der
hoogte
veilig.
ci3
id
cc
xii.
Sylvius.
ANDERS.
J^/oo
greep
deKonft,
en
houd
onsnogop
dit
pa-
pier,
De
bruine
Schaduw
ftaan
van
Luikens
leemen
hutte:
Met
hy
daar
uit
(als
hem
niet
langer
meer
ten
nutte)
Gevaren
was
regt
op
ten
Hemel
in,
van
hier.
Het
zedig
wezen,
(zoo
hy
al
te
fpaarzaam
fprak)
Word
wel
beantwoord
van
zyn
Plaaten
en
Gedigten,
Die,
net
en
mals,
nog
veel
Godvrugte
Zielen
ftichten,
En
dus
vergoeden
wat
aan
tonge
en
mond
ont-
brak.
cornklis
van
Eeke.
KORT

Permalink: http://pid.emory.edu/ark:/25593/shv67


1.8.2

Powered by: